This is not the first time or the last time, Anna Reutinger
This is not the first time or the last time - Ypres 1281,
Anna Reutinger, 2024, aquarel op katoenpapier
Info over de tijdsperiode
In de 13de eeuw is Ieper, samen met Gent en Brugge, een internationaal centrum van de lakenindustrie. Die textielnijverheid zorgt voor heel wat welvaart in de stad. Iepers laken wordt internationaal verhandeld en kent een sterke reputatie. De stad groeit uit tot een drukke handelsmetropool, waar arbeiders, handelaars en ambachtslieden hun klanten en werkgevers ontmoeten. Het hoogtepunt van die economische macht ligt eind 13de eeuw.
Maar op dat moment nemen de sociale en economische spanningen toe op internationaal vlak én in Ieper. Arbeiders en ambachtslieden komen steeds meer in opstand tegen stijgende belastingen en huurprijzen, een gebrek aan politieke vertegenwoordiging en slechte arbeidsomstandigheden. De Ieperse protesten zijn bovendien een van de eerste gekende ongelijkheidsstrijden in deze periode. In de museumcollectie zijn weliswaar geen originele herinneringen aan deze protesten bewaard.
Info over het werk
Wel inspireert deze protestgolf de Amerikaanse kunstenaar Anna Reutinger tot een reeks aquarellen. Reutinger verdiept zich niet alleen in textiel als kunstmateriaal, maar ze integreert ook de sociaal-economische geschiedenis van textiel en textielindutrie in haar werk. In deze reeks zoomt ze in op traditionele gereedschappen, die textielarbeiders als instrument van verzet en protest gebruieken. De bewogen geschiedenis van die protesten verbindt Anna Reutinger met actuele, wereldwijde problemen in de textielarbeid. Vandaag voeren voornamelijk vrouwen onderbetaald en ondergewaardeerd werk uit, met weinig sociale bescherming.
Reutinger vertelt de historische protestverhalen, met als doel een kritische reflectie over de hedendaagse ongelijkheid te stimuleren. Bij haar onderzoek naar de protesten bleek overigens hoe weinig er over bewaard is. Haar werken willen die gebeurtenissen toch verankeren in het erfgoedlandschap.
De reeks heeft als titel ‘This is not the first time or the last time’ waarmee de kunstenaar onderstreept dat de sociale protesten niet uniek zijn, maar zich herhalen, evenals de problemen die de actie uitlokken. In de reeks zijn heel wat Belgische steden verwerkt, zoals Ieper, Brugge, Doornik, Kortrijk en Poperinge. Elk werk draagt een stadsnaam als titel, gekoppeld aan een jaartal waarin sociaal protest in de textielindustrie heerste.
Het werk over Ieper heeft als titel ‘Ypres 1281’, verwijzend naar de Cockerulle. Er is een verwijzing naar het Iepers laken, de Lakenhallen en de nijverheid. Sinds 2024 zit dit in de museumcollectie van het Yper Museum.
Ypres 1281, 2024, watercolor on cotton ragn 38 x 50 cm
Meer weten?
Oproerfactoren rond 1281
- Ieper als centrum van de lakenindustrie
In de 13e eeuw is Ieper een van de meest welvarende steden in Europa dankzij haar textielnijverheid. Het laken uit Ieper wordt verhandeld in heel Europa, en de stad had een grote bevolking van arbeiders, handelaars en ambachtslieden. In 1281 bevindt Ieper zich op het hoogtepunt van zijn economische macht. - Sociale onrust
Het jaar 1281 valt in een periode van groeiende sociale en economische spanningen tussen verschillende klassen. De rijke patriciërs (handelaars en stadsbestuurders) staan vaak lijnrecht tegenover de ambachtslieden en arbeiders die ontevreden zijn over lage lonen, hoge belastingen en uitbuiting. Dit leidt tot een reeks arbeidersopstanden in Ieper en andere Vlaamse steden. - Regelgeving in de lakenindustrie
In 1281 zouden er maatregelen zijn genomen om de kwaliteit van het laken en de arbeidsomstandigheden in de industrie te reguleren. Die regelgeving, ingevoerd door de stadsmagistraat, is bedoeld om de economische reputatie van Ieper te beschermen, maar kan ook geleid hebben tot conflicten tussen de elite en de arbeiders. - Politieke context
Vlaanderen is in deze periode onderdeel van het graafschap Vlaanderen, dat een belangrijke rol speelt in de machtsstrijd tussen Frankrijk en Engeland. Ieper, als een van de grote Vlaamse steden, moet navigeren tussen de belangen van de Vlaamse graaf en de lokale autonomie van de stad.
Specifieke gebeurtenissen in 1281?
In de stadsgeschiedenis speelt zich in 1281 geen specifiek groot historisch moment af. Maar het jaar past wel binnen de bredere Flemish Revolt en de voortdurende groei van de stad. Sociale en economische conflicten, zoals stakingen en opstanden door textielarbeiders, zijn in die periode wijdverspreid en hebben een blijvende impact op de regio.
De Cockerullen is een historische term die verwijst naar een groep of organisatie van textielarbeiders in Vlaanderen tijdens de middeleeuwen. Het woord wordt vaak verbonden met de sociale en economische onrust die textielarbeiders uiten, zoals stakingen, opstanden en andere vormen van verzet tegen oneerlijke arbeidsomstandigheden en sociale ongelijkheden.
In het bijzonder kan de naam Cockerullen worden geassocieerd met een bepaalde gilde of groep arbeiders in de textielindustrie, zoals wevers, volders of spinners, die destijds een belangrijke economische en sociale rol spelen in steden zoals Gent, Brugge en Ieper. Die arbeiders staan bekend om hun georganiseerde protesten, die vaak gericht zijn tegen lage lonen, stijgende belastingen en de toenemende macht van de stedelijke elite en handelaren.
Etymologie
De exacte herkomst van de naam "Cockerullen" is niet geheel duidelijk. Het kan verwijzen naar een bijnaam of symbool dat de groep gebruikt om zichzelf te identificeren. In sommige gevallen worden opstanden en protestgroepen spottend door de elite benoemd, wat mogelijk ook een rol speelt in de naamgeving.
Historische Relevantie
De acties van groepen zoals de Cockerullen markeren een vroeg voorbeeld van georganiseerd arbeidersverzet en informeren ons over de sociale strijd in de overgang naar een kapitalistische economie, waarin loonarbeid en klassenongelijkheid steeds belangrijker worden.
De artiest
Anna Reutinger (geboren 1991, Oakland) verweeft sociale, materiële en historische momenten tot verhalen met vele stemmen en tinten. Bovendien werkt ze met tweedehands textiel en glas, natuurlijke kleurstoffen, aquarellen, schrootmetaal en agrarische bijproducten. Ze onderzoekt sociale ontmoetingen en verre geschiedenissen hands-on, waarbij ze ambacht benadrukt als zaadje voor sociale, materiële en milieubewustzijn. Van grootschalige installaties tot performatieve workshops: Reutinger nodigt iedereen uit om de mogelijkheden van onze collectieve verbeelding te ontdekken.
"Als kunstenaar die voornamelijk met textiel werkt, raakte ik geïnteresseerd in deze verhalen, vooral in de momenten waarin de gereedschappen van het vak werden gebruikt als instrumenten van verzet. Textielwerk is altijd (en nog steeds) onderbetaald, ondergewaardeerd en wordt grotendeels uitgevoerd door een vrouwelijke arbeidskracht. Door deze verhalen opnieuw te vertellen vanuit het perspectief van iemand die dat ambacht kent, hoop ik waarde toe te voegen aan hun herinnering, de kijker te vragen zich in hen te verplaatsen en na te denken over hedendaagse ongelijkheden die worden aangewakkerd door de waardering van kapitaal boven menselijk en niet-menselijk leven, en de stemmen die worden uitgewist door degenen die de geschiedenisboeken beheersen."
Ze is tutor bij de Dirty Art Department van het Sandberg Instituut Amsterdam, waar ze in 2016 ook haar M.A. behaalde na een B.A. in Design Media Arts en Digital Humanities aan UCLA in 2013.
Ze heeft residenties gehad bij Triangle – Astérides, Marseille, FR—Rupert, Vilnius, LT—en Jan van Eyck, Maastricht, NL. Haar werk is tentoongesteld in het CAPC musée d’art contemporain de Bordeaux, FRAC Corsica, Biënnale van Saint Étienne, FR—MKG Museum für Kunst und Gewerbe Hamburg, DE—The Living Art Museum, Reykjavik, IS—W139, Amsterdam, De Fabriek, Eindhoven, NL—Ausstellungsraum Klingental, Basel, CH—Macao Milano, IT—The Hammer Museum, The Getty Center, The New Wight Gallery, Los Angeles, VS.